Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |
Aan deze pagina wordt nog verder gewerkt!![]()
![]() Het blijft steeds een interessant gegeven waarom de buitenlandse literatuur (in dit geval de Franse) over de Vikingen anders is dan die van Nederland. Ook over 'Dorestad', hoewel 'doorspekt' met de traditionele Hollandse opvattingen, schrijft men kritischer. Men gaat slechts uit wat er precies gevonden is en niet van fantasierijke opvattingen zoals die van W.A.van Es. Zo wijst Oxenstierna erop dat in 1843 ruim 970.000 runder- en andere botten zijn opgegraven en de bodem daardoor ernstig verstoord is geraakt. In hoeverre zijn de latere opgravingen in Wijk bij Duurstede dan nog archeologisch onafhankelijk te verklaren? |
![]() Meer over vastgeroeste tradities en achterhaalde opvattingen die in dit boek aan de orde komen, leest U verder naar onderen. Toch geeft het boek ook opmerkelijke informatie, zoals over de term 'Viking'. Het blijkt dat deze term pas uit de late 10de eeuw (of zelfs 11de) eeuw te stammen. Zie kader hiernaast. De in deze tekst genoemde Adam van Bremen is de grote vervalser van de mythe van St.Anscharius. Lees meer over Adam van Bremen en lees meer over Anscharius. Adam heeft ook terecht vastgesteld dat de term 'Vikingen' in het Latijn of het Duits niet voorkomt. Dat het Duits in zijn tijd al bestond is overigens ook een mythe. Lees meer over het Diets. De grondfout die ook Kuipers niet doorziet is dat men Frisia op het Nederlandse Friesland projecteert, terwijl het over het gebied van de Fresones in Frans- en Belgisch-Vlaanderen handelt. In Friesland is van plunderingen door de Noormannen/Vikingen nooit iets gebleken. Overigens ook in Utrecht, Deventer, Zutphen of Nijmegen niet. Wie woonden daar in de 9de eeuw met rijke bezittingen die het plunderen waard waren? Deze plaatsen bestonden nog lang niet in de 8ste/9de eeuw. Welke kloosters bestonden er in die tijd en geplunderd werden? Het oudste klooster in Utrecht was de Paulusabdij uit 1050 en toen was er van Vikingen geen enkele sprake meer. Kuipers geeft wel duidelijk aan wat hij onder de termen 'Nederlanden' of 'Lage Landen' verstaat (p.15). Bij anderen is het maar gissen wat zij onder 'de Lage Landen' verstaan, zoals bij Tom Buijtendorp en Luut van der Tuuk. Bij Kuipers is dat het geografisch bereik van Sleeswijk en Oost-Friesland tot Normandië en Parijs, ook het ruimere Rijnland en de Maasstreek rekent hij ertoe. Dat is wel erg ruim bemeten, dus ergens zal van het hele verhaal wel iets passen, maar helaas niet in de huidige Nederland. Daar is van Vikingen, of beter Noormannen, geen spoor gevonden, ook cultureel of wat betreft taalrelicten niet. Geen enkele tekst noemt duidelijk dat de Noormannen ergens in Nederland aan het plunderen zijn geweest. Wat viel hier te plunderen waar geen steden en geen kloosters waren en het land zo goed als onbewoond was. Jacob van Oudenhoven schreef daar in de 17de eeuw het volgende over: "het ontbreken van elke schriftuur, geen enkel geschrift over de geschiedenis van Holland omdat het land niet bewoond was". Jacob had het goed begrepen. Is het dan niet opvallend dat alles dat wij menen te weten over de oudste geschiedenis van ons land in buitenlandse, vaak Franse kronieken staat? Zouden die Franse kroniekschrijvers de geschiedenis van een ver onbekend land hebben beschreven en hun eigen geschiedenis onbeschreven hebben gelaten?
De visie van Albert Delahaye.
|
![]() Een onbeantwoorde vraag is ook, waarvoor die aanlegsteigers nodig waren? Men gebruikte toch 'Friese platbodems' die men zo de kant op kon trekken? |
Afbeelding links: De topografie van het opgegraven 'Dorestad' volgens opgave van W.A. van Es en W.J.H.Verwers op p.222 in Spiegel Historiael van april 1978. (Klik op de afbeeldingen voor een vergroting). Duidelijk is weergegeven dat er op meer plaatsen gegraven is (nr.3), in een groter gebied dan de fosfaatconcentraties (nr.2). Dit gebied heeft een lengte van 1928 meter wat beduidend minder is dan 3,5 km die vaak genoemd wordt. Hoe zit dat nu precies? Welk stuk telt ook nog mee? Opvallend is dat er op meer plaatsen waar opgegraven is, men geen fosfaatbodem heeft vastgesteld. Maar wat zegt een fosfaatbodem? Fosfaat zit van nature in de bodem. Van belang is het gehalte. In veengebieden is het gehalte fosfaat hoger. Natuurlijke aanrijking met fosfaat vond in het verleden ook plaats door veenvorming in natte gebieden. Opvallend is ook dat de Rijnbedding (nr.1) 'dichter bij' Dorestad ligt. Waarvoor waren die steigers dan nodig die zelfs 'over' de Rijnbedding gereikt hebben? Of waren het gewoon hutten op palen, zoals overal in de wereld gebruikelijk is in waterrijke gebieden. Lees daarover meer bij Munna. Een verklaring wordt bij dit kaartje verder niet gegeven. ![]() |
Intermezzo. Boudewijn met de ijzeren arm (862-879) was de eerste ‘echte’ graaf van het meest westelijke deel van Belgica. Boudewijn werd ca. 840 geboren in Laon. Het is niet zeker of hij gouwgraaf van de gouw Flandria was of van een andere gouw daar in de buurt, maar door zijn bemoeienis met Flandria zou het belang van het kleine gebied voor het eerst aanzienlijk worden. Boudewijn bracht in 861 een bezoek aan Senlis in het noorden van West-Francië, waar hij Judith, de dochter van de Frankische koning Karel de Kale (823-877), leerde kennen. Karel de Kale voelde echter niets voor Boudewijn als schoonzoon. Zijn dochter was een gekroonde koningin, Boudewijn alleen maar een gouwgraaf. Tijdens de kerstdagen van 861 vluchtten Judith en Boudewijn met hulp van haar broer Lodewijk, de latere koning Lodewijk II (846-879), naar het midden-Frankische rijk waar koning Lotharius II (835-869) de scepter zwaaide. Die had nog een rekening te vereffenen met zijn oom Karel de Kale en verleende de twee gelieven met genoegen onderdak. Verschillende, ook recente, bronnen leggen de nadruk op het romantische aspect van deze geschiedenis, maar het lijkt toch waarschijnlijk dat Boudewijn ten minste ook politieke motieven had voor zijn huwelijk met Judith, want daardoor zou hij later wellicht in aanmerking kunnen komen om Karel de Kale op te volgen. In de middeleeuwen hadden huwelijken in de hogere kringen immers bijna altijd politieke motieven. Voor Judith kan de vlucht met Boudewijn de bevrijding uit haar toestand van gevangenschap uit het klooster betekend hebben. Karel de Kale had ondertussen de twee laten excommuniceren door de paus. Hierop trokken zij naar Rome en bepleitten hun zaak bij paus Nicolaas I. Deze verbrak hierop de excommunicatie en gaf het stel toestemming om te trouwen. Dit gebeurde op 13 december 863 in Auxerre. Het mag duidelijk zijn dat er geen enkele band bestond met Nederland. Waarom zou Boudewijn zich dan druk gemaakt hebben om aanvallen in dat verre Nederland? Dat was ook niet zo, maar hij kwam wel in het verweer tegen aanvallen van de Noormannen in zijn eigen land: Frans-Vlaanderen. |
De logica bij de genoemde jaartallen is niet altijd duidelijk, tenminste, als je het traditioneel opvat. Als je Frisia in Vlaanderen plaatst (en de Batua rond Béthune), dan is het hele verhaal wel duidelijk. ▶ In 835 vielen de Noormannen Dorestad aan, toen de keizer op een rijksdag in Crémieux-sur-le-Rhône verbleef. Waarom dan wachten tot de keizer zo ver weg verbleef als Dorestad in Nederland lag? ▶ In 846 vielen de Noormannen Frisia aan. De bisschop van Thérouanne verborg de relieken van St.Bertin en St.Winoc uit vrees voor de Noormannen. Waarom zou de bisschop van Th73233;rouanne relieken gaan verbergen als de Noormannen op honderden kilometers ver weg in Friesland zijn? ▶ In 851 verwoestten de Noormannen Frisia en de Batua en trokken naar Rouen en over de Oise naar Thërain en Beauvais. De graaf van Montreuil liet een burcht bouwen dat een toevluchtsoord werd waar van alle kanten uit Pcardië en Artois de relieken van heiligen in veiligheid werden gebracht. Waarom zou je relieken in Montreuil verbergen als de Noormannen in Friesland aan het plunderen zijn? ▶ De teksten uit 866 gaat duidelijk over Frankrijk en wel over de Seine, Melun, Saint-Denis, Pitres, de Loire, Le Mans, de abdij van Saint-Hilaire en Saint Martin en de pagus Isla (is de Lys of Leie in Vlaanderen en niet de IJssel). Er wordt nergens over Frisia gesproken en al helemaal niet over Friesland. ▶ In 868 vermelden teksten dat de Noormannen over de Loire naar Orleans trokken. De inwoners van Poitiers sloegen de aanval af. Waar wordt hier Friesland genoemd of bedoeld? ▶ In 873 had een zekere Rudolf, een Noorman van koninklijk geslacht, al meermalen het rijk van Karel met roof en brand aangevallen. Karel (de Kale) sloeg het beleg om Angers, dat de Noormannen veroverd hadden. De hertog van de Bretonnen had hulp toegezegd aan de andere kant van de rivier de Mayenne. De Noormannen wilden toen vrede sluiten. Een deel van de Noormannen was Christen geworden en zij wilden in Frankrijk blijven. Die heiden bleven, zouden vertrekken. De koning nam dit aan, waarop de Noormannen Angers verlieten. Je vraagt je nu af wat deze teksten met Nederlands Friesland te maken hebben of kunnen hebben gehad? Opvallend is ook dat de jaartallen waar de Noormannen in Friesland plunderen niet genoemd worden, zoals de jaren 850, 852, 858, 862, 863, 867, 870, 872? Blijkbaar staan er teveel duidelijk Franse details en plaatsen in deze teksten. En dat is meteen probleem 2 in deze materie: het selectieve bronnen onderzoek. Wat niet past of uitkomt, wordt overgeslagen. |
Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |