Horstnamen.
Naast deze namen op -stein meen ik ook die op -horst als een mode in de feodale sfeer te mogen aanmerken. Ongetwijfeld is het element horst in deze streek niet geheel vreemd : in de Utrechtse lijst vinden we al een Nesseshorst vermeld (D.B. 338), op grond van de plaatsing in de lijst misschien te localiseren bij de Horstdijk t.w. van Utrecht (Gemeenteatlas Kuiper) en ook het huidige Nederhorst, te vinden in Hursteldrehet a° 1156 (O.U. 414) en Hohorst bij Amersfoort (f. 1050 = 12e : Hohurst ; O.U. 209) schijnen wel zuiver naar de ligging vernoemd. Maar de indruk wordt gewekt dat, sinds de Utrechtse bisschop zijn kasteel Horst bij Rhenen (1186) bouwde, de Horstnamen voor adellijke huizen in de mode gekomen zijn. De homines novi, gesproten uit zijtakken van het geslacht Wassenaar, wonen 1226 en 1264 respectievelijk op Raaphorst en Zandhorst ; Boekhorst (bij Voorhout) verschijnt in 1273 (O.H.Z. II, 245) en ligt vlak bij een klooster dat oorspronkelijk eenvoudig Ter Lee heette, maar in 1274 plotseling Leeuwenhorst wordt genoemd (1261 bij de stichting Le(terra) ; 1271 novum claustrum in Le; 1274 Lewenhorst : O.H.Z. II, 77; O.U. 1793; O.H.Z. II, 264) ; Wilthorst (1250, O.H.Z. I, 525), midden in het veen bij Reeuwijk gelegen, is toch zeker geen terreinnaam (a41). In hoeverre de horstnamen rondom Amersfoort terreinnamen of modenamen zijn is niet uit te maken. Vooral ook hierom niet omdat een modenaam heel wel in overeenstemming kan zijn met het terrein. Horst is een bekend begrip en zal als modenaam allicht wel aan hoger gelegen terrein gegeven zijn. Het verschil tussen terreinnaam en modenaam is dan ook niet dat de ene per se toepasselijker is dan de andere, maar ligt eerder in het psychologisch mechanisme dat tot de naamgeving leidt.
Amsterdam. D.P. Blok. Het goederenregister van de St.-Maartenskerk te Utrecht / D.P.B. [= dr. D.P. Blok]. – In : Mededelingen van de Vereniging van naamkunde te Leuven en de Commissie voor naamkunde te Amsterdam. – 33e jaargang, 1957, nr. 2-3, p. 89-104.