Terug naar de lijst | Naar het overzicht in het kort. | Naar het overzicht in het kort. |
Met Colonia Trajana en Veteribus wordt tussen de historici en opvattingen behoorlijk geschoven. Volgens de Peutingerkaart liggen deze plaatsen op 40 romeinse mijlen (is 60 km) of 40 leuga (is 88 km) van elkaar. Toch probeert men er ofwel één plaats van te maken (Xanten) of men maakt er twee plaatsen van (Xanten, Birten) die in werkelijkheid vlak bij elkaar liggen. Steeds bedenkt men andere uitvluchten (zoals schrijffouten, kopieerfouten) om de gegevens passend te maken op de traditionele opvattingen. Er zou niet XL (40) staan maar ix (9) of iv (4), maar ook dan klopt de afstand tussen de plaatsen niet. Sommige historici maken van er Fürstenberg van omdat ze er met Xanten niet uitkomen. Daarnaast wil men in Xanten de 2 heiligen St.Victor en St.Ursus plaatsen. Echter de feiten wijzen deze 2 heiligen heel duidelijk en overtuigend aan Frankrijk toe. De plaats SAINTS is naar hen vernoemd. |
De visie van Albert Delahaye. De romeinse en de vroeg-middeleeuwse traditie van Xanten moet aan eenzelfde nieuw en kritisch onderzoek als Nijmegen onderworpen worden. Zij was in geen geval identiek met Colonia Trajana, dat Trazegnies is, evenmin met Vetera, dat Verviers is. Het leggen van twee romeinse plaatsen op Xanten, die door de bronnen op 60-88 km afstand van elkaar worden genoemd, had al lang duidelijk moeten maken dat men met Xanten een onvoorstelbare farce aan het bedrijven was, bovendien een knoeipartij met de Peutinger-kaart. De band van de stad met de martelaren van het Thebaanse legioen en St. Victor moet als een mythe beschouwd worden, ondanks dat men in Xanten twee lijken, hoogstwaarschijnlijk uit de 4e eeuw ! heeft gevonden. De mythen wemelen van dit soort toevafligheden, die aangegrepen werden om legenden te “bewijzen”, terwijl men de geschreven bronnen rustig liet liggen. Alle gegevens van het Thebaanse legioen wijzen op Zwitserland en de Provence; het ziet er zelfs naar uit dat Xanten zijn traditie en verering van St. Victor niet van daaruit heeft gekregen, doch vanuit het noord-westen van Frankrijk, waar St.Victor meerdere patronaten kent, zelfs in de namen van plaatsen voorkomt. De vergissingen met de plaatsen Colonia zijn zo oud als de weg naar Keulen. Gregorius van Tours geeft daarvan een van de markantste voorbeelden, natuurlijk niet Gregorius zelf, doch wat men hem ten onrechte in de mond legde. Men laat hem waarachtig opdraven om de mythe van Xanten te “bewijzen”, door te suggereren dat hij al over St. Victor van Xanten geschreven zou hebben, al noemt hij de plaats zelf helemaal niet. In werkelijkheid heeft deze schrijver alleen gesproken over de St. Victorkerk van Marseille, (Gregoire de Tours, Histoiredes Francs, uitg. Halphen, II, p. 216) en over de martelaren Cassius en Victor die in Auvergne gedood waren (ibid. I, p. 58). Sanctis of Xanten. Met franse plaatsnamen, van “Sanctis” ’ afgeleid, bedoel ik natuurlijk niet de paar duizend namen in Frankrijk, die Saint- als voorvoegsel hebben, doch de enkelvoudige namen, waar de franse etymologen deze afleiding voorstaan. Het lijstje (zeker niet volledig) bevat de volgende plaatsen Sains, I lie et Villaine. Sains-Morainvillers, Oise. Sains-du-Nord, Nord. Sains-Richemont, Aisne. Sains-en-Amienois, Somme. Saints, Seine et Marne. Sains-en-Gohelle, Pas-de-Calais. Saints, Yonne. Sains-les-Fressin, Pas-de-Calais. Saintes, Charente. Sains-les-Marquion, Pas-de-Calais. Saintines, Oise. Sains-les-Pernez, Pas-de-Calais. Saintry, Essonne. Zie ook De Ware Kijk Op deel 1 .p. 207-211. De Nederlandse traditie. Colonia Traiana wordt in de traditionele visie beschouwd als Xanten, Veteribus als Xanten-Birten op 4 km afstand, terwijl de Peutingerkaart een afstand van 40 mijl ofwel 89 kilometer geeft tussen beide plaatsen. De enige verklaring die voor deze afwijking gegegeven wordt, is een (over-)schrijffout van een latere kopiïst. Er is nooit gedacht aan een interpretatiefout bij archeologen en historici. Het eerste legerkamp Vetera werd aangelegd in 13-12 v.Chr. Bij omvangrijke opgravingscampagnes is vooral aandacht besteed aan het dubbele legioenskamp uit de tijd van Nero. Vermoedelijk is rond 46 n.Chr. een nieuw legerkamp gebouwd toen de Legio XXI Rapax werd vervangen door Legio XV Primigenia. Rond 60 n.Chr. is het dubbele legioenskamp opgericht. Het westelijk deel is door het 5e legioen gebouwd, het oostelijk deel door het 15e. Het door opstandelingen in brand gestoken kamp op de Fürstenberg werd na het jaar 70 niet herbouwd. In plaats daarvan werd kamp Vetera II gebouwd, op de lage oever dichter bij de rivier. Dit Vetera II dat minstens tot het jaar 275 heeft bestaan, is door de rivier weggespoeld. Bechert, o.c.p.49-52). |