| Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |
Door de boekdrukkunst zijn veel klassieke teksten in druk verschenen. De verschillen tussen de verschillende uitgaven geeft aan dat de klassieke handschriften niet altijd foutloos zijn gelezen. Het is dan ook zaak bij de verschillende uitgaven juist te letten op de verschillen en zich daarbij af te vragen wat de juiste weergave is. Als voorbeeld noemen we het Cartularium van Egmond. Voor een compleet overzicht van alle teksten wordt de lezer aangeraden "DE WARE KIJK OP..." aan te schaffen. Ten aanzien van een tekst doen zich voor alsnog drie problemen voor: 1. de juiste lezing van een tekst, 2. de juiste vertaling van die tekst. 3. de interpretatie van plaatsnamen. Op alle punten zijn meerdere voorbeelden te geven dat historici in de fout gingen, met dito gevolgen. Onjuist opgevatte gegevens kwamen op de verkeerde plaats terecht. De onjuiste vertaling van slechts twee woorden maakte van Karel de Grote een analfabeet. En dat was hij allerminst. Zie bij Karel de Grote analfabeet?. Een volgend probleem is het schrift van de originele teksten! ![]() Klik op de afbeelding voor een vergroting. Elke genealoog weet hoe moeilijk het lezen van oud schrift kan zijn. Woorden en namen kan men soms slechts ontcijferen doordat men weet wat er zou moeten staan. Zie het voorbeeld hieronder uit het archief Delahaye van de handtekening van Jean de la Haije, daaronder staat «paroisse St.André». De tekens ∫∫ is dubbel -s-. ![]() |
Het is opvallend dat historici vaak wel jaartallen en gebeurtenissen noemen, maar nooit de betreffende klassieke tekst geven. Uitzonderingen daargelaten waarbij men wel een gedeelte van de tekst geeft, maar dan geen 'vertaling' of bepaalde details weglaat omdat die niet passen in de aangenomen geschiedenis. Als beste voorbeeld kunnen we het Bronnenboek van Nijmegen geven. Opgemerkt moet ook worden dat van geen enkele klassieke tekst (Grieks of Latijn) uit het eerste millennium, we over het origineel beschikken. Het zijn steeds kopieën uit veel latere tijd. Daarbij doen zich de hiernaast genoemde problemen ten aanzien van juiste lezing en vertaling voor en de toepassing van met name de plaatsnamen. Lees daarover meer bij deplacements historiques.
De visie van Albert Delahaye. Veel teksten zijn in de loop der eeuwen ook overgeschreven in de scriptoria van kloosters. Bij dat overschrijven zijn onmiskenbaar verschillen opgetreden, die men meestal kopieerfouten noemt. Maar welke tekst is dan de juiste en welke de kopieerfout? In veel bronnenuitgaven worden de 'verschillende handen' zoals dat genoemd wordt, ook steeds vermeld. De vraag is dan of die 'verschillende handen' al in de geschreven teksten voorkomen of in de lezing van eenzelfde tekst of deze verschillen pas ontstaan zijn bij het omzetten naar gedrukte teksten. Juist bij plaatsnamen kan zo'n verschil doorslaggevend zijn. Het is elk geval zeker dat de gedrukte uitgaven pas na de 14e eeuw zijn ontstaan. Vraag is dan ook in hoeverre zijn in die gedrukte uitgaven (plaats-)namen al aangepast aan de dan heersende opvattingen? Heeft men 'flumen renus' meteen al 'vertaald' met Rijn? Zo valt op dat in de Codex van Werden het woord Renus, dat ongetwijfeld in de oorspronkelijke teksten heeft gestaan, systematisch door Rura is vervangen. Deze verandering wordt overigens afdoende bewezen door het feit dat geen van de plaatsen waar het over gaat aan de Ruhr of Roer kan worden aangewezen. Zie een voorbeeld hieronder van een naam op de Peutingerkaart. Stond er Ceuclum of Cevelum? Vergelijk de schrijfwijze ook met die van Noviomagi of Carvone, zoals dat op de Peutingerkaart staat. Is de derde letter of (bij Caruone) de vierde letter een U of een V? Is de vierde letter bij de linker plaatsnaam een c of een e? Staat er dus Ceuclum, Ceuelum of Cevelum? Op de verschillende drukken van de Peutingerkaart die in de loop der jaren verschenen zijn -waarbij de plaatsnamen overgeschreven zijn- zijn talloze verschillen aan te wijzen. Waar op de PK van Miller ui 1916 albanianis staat leest men bij Ortelius toch duidelijk Albamanis. Er zijn er wel meer verschillen tussen beide kaarten, waarbij die van Ortelius uit 1598 (die in de voorbeelden hierna steeds als tweede wordt genoemd) duidelijker is. Lintomagi =Luttomagi, Albanianis = Albamanis, Burginano=Burginatio, Lindefina=indefina, Bartoritum (Vannes)=Dartoritum (verschil in schrijfwijze B-D komt vaker voor tussen beide kaarten), Juliomago=Ivliomago, Asciburgia=Asciburgio, Ritumagus=Rattumagus, Bruusara=Briuisura, Foro Domitii=Foro Domotij, Tyonpoli=Tyconpoli, Herusalem=Hierusalem om maar enkele voorbeelden te noemen. Het scheelt soms maar één letter, maar die leverde toch menig discussie op. Feitelijk zijn uit de schrijffouten geen andere conclusies te trekken dan dat de kaart werd aangepast aan de eigen opvattingen (en van die tijd?). Die aanpassing zijn ook op te maken uit de volgende verschillen tussen de kaart van Miller uit 1916 en die van Ortelius uit 1598. Bij Ortelius wordt het volk van de Osismi (Ossisini volgens Itineraria Antonini) genoemd aan de mond van de Patabus (segment II.1-2), bij Miller ontbreekt deze naam. Bij Miller begint de Jordaan in het meer van Tiberias (lac Tiberis), bij Ortelius ontspringt de Jordaan bij Casarea paneas (Caesarea Palaestinae) stroomt dan door het meer van Tiberius en vervolgens naar Lac? Aspaltidis (Israel, Dead Sea = Mortuum Mare - Asphaltitis Lacus, waar zowel bij Miller als bij Scheyb geen identificatie gegeven wordt). Ook de vignetten bij plaatsen verschillen van elkaar. Waar Miller dubbele vierkante huisjes afbeeldt, zijn het bij Ortelius enkelvoudige ronde torentjes. Welke waarde kan men dan toekennen aan de vignetten? Het zijn evenzoveel aanwijzingen dat bij het overschrijven al verschillen zijn ontstaan. Zou dat dan niet bij teksten gebeurd zijn?
Einhard, schrijver van het leven van Karel de Grote.De primaire historische bronnen van kronieken, oorkonden en levens van heiligen zijn voor een leek praktisch onbereikbaar. Zij bevinden zich in de standaard bronnen-uitgaven, die alleen in de grote bibliotheken (meestal in het buitenland) aanwezig zijn, en staan vrijwel altijd in een vreemde taal geschreven, een tweede obstakel voor de meesten om die primaire bronnen te lezen.
Hieronder enkele voorbeelden van onjuiste interpretaties van teksten: Teksten en foutieve interpretaties! Teksten over Noviomagus! Teksten over St.Willibrord! Teksten over St.Bonifatius! Teksten over St.Luger en Werethina! Teksten over De Noormannen! Teksten over Geografische en geologische gegevens.! Lees het boek "De Ware Kijk Op" voor al deze en andere teksten en oordeel zelf! |
| Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |