| Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |
|
| |||||
![]() Citaten van Historici ![]() wetenschap is twijfel ![]() ongelooflijk ![]() onnozelheid ![]() Heiligenlevens ![]() Kletspraat |
Aan deze pagina wordt nog gewerkt!![]()
|
De 550 eigen en omringende namen van de Batua zijn allemaal in Frankrijk en Vlaanderen aan te wijzen. Daaronder vormen de 82 namen uit "Germania" van Tacitus en de 130 namen uit de oorkonden van Lorsch de meeste kompakte onderdelen, die zich kategorisch verzetten tegen elke manipulatie of poging tot verplaatsing, omdat deze komplexen zo overduidelijk in Frans Vlaanderen thuis horen dat alle Bataafse mythologie van Nederland uit de 17e eeuw! daartegen niet opgewassen is. Dat échec is trouwens niet van vandaag of gisteren. Nog nooit is een van deze 130 namen van Lorsch uit de Batua met zekerheid in Nederland aangewezen. Simon van Leeuwen schreef het reeds in 1685: "Sommige willen dat het oud Batavien hier eerst zoude begonnen hebben, en op zigzelven met de naam van Batua, ofte Betuwe zoude bestaan hebben, hetgene glad en al tegens het schrijven van Caesar, Plinius en Tacitus strijd, de welke die luyden of niet gelezen, of niet verstaan en hebben; Onder deze de minste bewijsreden daarvan bybrengt, en in tegendeel alles buyten het gene de oude Schrijvers zo omstandelijk daar van hebben geschreven, voorby gaat , en uyt zyn eygen hersenen wat nieuws schijnt by te brengen, het welk in geen waarheid bestaat, en sulx niet waardig gelezen of weerleid te werden, want yemand die maar tamelijk in de oude schriften geoeffent is, weet beter." En ondanks deze 'waarschuwing' van Van Leeuwen uit 1685, durven de Nederlandse historici de Betuwe als de klassieke Batua te blijven verkopen, die door zo'n overvloedig namen-materiaal gedokumenteerd is als wellicht geen ander historisch landschap. Tussen de Batua en het Karolingisch Noviomagus bestaat een onverbrekelijk verband. Uit oogpunt van objektief historisch onderzoek moet dus ook de juiste plaats van de Batua worden onderzocht. Begint men daar serieus aan, dan komen de bewijzen te voorschijn, niet een paar die misschien nog diskutabel zouden zijn, doch een overstelpend aantal, waarbij een diskussie over één of een paar konkrete gevallen zelfs overbodig is. Een en ander toont aan dat het Bronnenboek van Nijmegen een lugubere klucht heeft opgevoerd door wat uit hun verband gerukte Noviomagus-teksten voor Nijmegen te presenteren en de 550 Batua-teksten onder het vloerkleed te vegen. Het moet precies en heel duidelijk gezegd worden, zodat het eindelijk eens goed doordringen kan tot hen die nog moeite hebben met een volledig doorzicht van de mythen. In Nijmegen wist men terdege dat de Bataafse Betuwe een fabel was, waaruit geen bewijs ten gunste van Nijmegen te putten is, want het presenteert er geen, terwijl van de andere kant gepoogd wordt via enige terloops genoemde plaatsen Nijmegen Karolingisch te maken. Je zou toch denken dat de Batua, talloze malen in verband met Noviomagus genoemd, de eerste weg had moeten wijzen. Dat is dan ook de juiste reden voor het overslaan van de Batua-teksten. Het spreekt vanzelf dat men dit niet vermeld vindt in de inleiding op het Bronnenboek, waar de lezer een enorm rad voor de ogen krijgt gedraaid over de "wetenschappelijke" aanpak van het probleem. Er staat natuurlijk niet in, dat de werkgroep van studenten het consigne had gekregen om de Batua maar te laten liggen waar zij ligt, namelijk in Frankrijk.
De visie van Albert Delahaye. Er worden 173 plaatsen genoemd die in de Batua liggen. Waar liggen die in Nederland in de Betuwe (dat toch de Batua was?) en waar liggen de 40 plaatsen in Noord-Brabant die in Taxandria lagen? Ze zijn in Nederland nooit allemaal aangewezen. Het was een geheel complex, waar je met enkele plaatsnamen niets bewijst, zeker niet als vergelijkbare plaatsnamen ook elders blijken te bestaan. |
| Terug naar de beginpagina. | Naar het overzicht in het kort. |