De historische geografie van de lage landen.
Terug naar de beginpagina. Naar het overzicht in het kort.

Plaatsen en locaties op de kaart volgens Albert Delahaye.


Lees meer over achtergronden om een goed begip te krijgen van waar de historici in de fout gingen.

"Stabilitas loci"


wetenschap is twijfel


ongelooflijk


Heiligenlevens


Kletspraat

Op deze pagina worden steeds nieuwe kaarten toegevoegd. Zie ook de verschillende kaartjes in andere hoofdstukken.



De Romeinse wegen in het Noord-westen van Frankrijk. Klik op de kaart voor een vergroting. Vergelijk dit eens met die ene weg door de Betuwe, waarvan slecht enkele stukjes zijn teruggevonden.



De twee wegen door de Patavia in Noord-westen van Frankrijk. Klik op de kaart voor een vergroting. Vergelijk dit eens met die ene weg door de Betuwe, waarvan slecht enkele stukjes zijn teruggevonden.

Het grote misverstand bestaat uit et feit dat 'men' altjd meende dat de Romeinen de meest logische weg volgden. Hoewel Romiense wegen doorgaans recht waren, ging men ook over 'zijwegen' die niet op de Peutingerkaart staan, maar archeologisch wel zijn teruggevonden. Zie de kaarten hiernaast.




Kaart van de Boulonais, de streek waar de geschiedenis van St.Willibord geplaats moet worden. Klik op de kaart voor een vergroting. Rechts van Liques (net buiten deze kaart) ligt Tournehem, het Trajectum van St.Willibrord. Klik hier voor een kaart van het missiegebied van St.Willibord.




De Fundamentele verwarring bestaat uit de vraag of Noviomagus uit de klassieke teksten Nijmegen is of Noyon. Het kernpunt waar alles mee begon en waar alles om draait is deze hier genoemde fundamentele verwarring. Deze kwestie ligt aan de grondslag van talloze andere opvattingen, zoals de verwarring rond Trajectum: was het Utrecht of was het Tournehem en Dockynchirica, was dat Dokkum of Duinkerke? Immers als Nijmegen fout is, is Utrecht ook niet de bisschopszetel van Willibrord en werd Bonifatius niet in Dokkum vermoord en dan was de Betuwe ook niet het land van de Bataven. Dat gebeurde allemaal in Noord-Frankrijk!

De visie van Albert Delahaye.
Klik op deze tekst in het kader hierboven voor een kaart van Guines en omgeving als voorbeeld voor het aantal plaatsnamen in het gebied rond Tournehem, waaronder Hames-Boucres en Brêmes, de naamgevers van Hamburg en Bremen. Juist deze plaatsnamen hebben voor de fundamentele verwarring gezorgd. Wordt in een tekst uit 714 de plaats Suestra genoemd, dan is dat niet Susteren in Nederland, maar Souastre bij Arras. Susteren bestond immers nog lang niet in 714. Lees meer over Susteren.

Plaatsnamen.
Plaatsnamen zijn vaak een niet veelzeggend gegeven tot de vraag gesteld wordt: "Waar liggen die plaatsen?" De kaarten op deze pagina (en elders op deze website) geven U een beeld van de ligging van de plaatsen en hun samenhang, waar Delahaye de betreffende geschiedenis plaatst. Op zich vormt een getekende kaart geen bewijs, maar in samenhang met de teksten is wel duidelijk waar de geschiedenis geplaatst moet worden. Immers, de plaatsen bepalen waar de betreffende geschiedenis geplaatst moet worden. Lees meer over plaatsnaamkunde.
Het is wel duidelijk dat Albert Delahaye alle plaatsen die in Nederland, Duitsland en Luxemburg onvindbaar zijn, in Frans-Vlaanderen aan kan wijzen.


Kaarten en bewijzen.
Op deze pagina treft U meerdere kaarten aan die te maken hebben met de visie van Albert Delahaye. De toelichting bij de kaart geeft meer informatie over de kaart en de consequenties die dat heeft voor de geschiedenis. Deze kaarten zijn getekend door Delahaye en komen voornamelijk in zijn boeken voor. Het gaat om de locaties van de plaatsen aan te geven. Het valt daarbij wel op dat ze een samenhangend en logisch geheel vormen, zeker in vergelijking met de traditionele opvattingen. Klik hier om terug te gaan naar de algemene kaarten.
Kaarten en plaatsen.
In Frankrijk zijn honderden plaatsen aan te wijzen die voorkomen in de boeken van Albert Delahaye en door hem gelocaliseerd zijn aan de hand van de teksten. De opvattingen van de Nederlandse en Duitse historici steken daar schril bij af, die soms met enkele plaatsen de betreffende geschiedenis willen 'bewijzen'. Bij dat 'bewijzen' is te vaak sprake van 'hineininterpretieren' ofwel iets willen bewijzen voor de 8ste eeuw, met een situatie uit de 12de eeuw.



Kaarten van Albert Delahaye die de juistheid van zijn visie ondersteunen en bewijzen. Klik op een kaart voor een vergroting.

De kaarten zijn te verdelen in de volgende perioden: de Romeinse tijd (Julius Caesar, Tacitus, Strabo, Plinius, Ptolemeus, de Geograaf van Ravenna, het Itinerarium Antonini en de Peutingerkaart), de predikers (Willibrord, Bonifatius, Willehad, Ansgarius, Ludger) , de volkeren (Bataven, Friezen, Saksen) en de herkomst van Romeinse troepen en hun legerplaatsen.

Wat bij een nadere bestudering van al deze kaarten meteen opvalt, is dat de locaties van Delahaye een logische geheel vormen en de samenhang in de verschillende perioden overtuigend overeen komt. Het concentreert zich geheel in Noord-Frankrijk, of het nu om de Romeinse tijd gaat, de tijd van de predikers of de invallen van de Noormannen. Alles is te plaatsen in Noord-Frankrijk en met name in Frans-Vlaanderen. Zet daar de traditionele opvattigen eens naast waar de hele geschiedenis verspreid wordt over half Europa tot in Polen en Hongarije aan toe, waar nooit een Romein of prediker geweest is.

Albert Delahaye geeft ook kaarten over de plaatsen van herkomst, hun legerplaatsen en de locaties van de veldslagen van de verschillende Romeinse legeronderdelen en veldheren (klik op een kaart voor een vergroting), zoals:
  • het aktieterrein van Carausius die in 286 te Bononia (Boulogne) een verbond gesloten had met de Belgicae en de Armorici (Normandië) tot beheersing van de zee die door Franken en Saxones werd bedreigd. Dat was dus niet in Nederland of Noord-Duitsland, maar aan de kust van het Kanaal.
  • waar Julianus tegen de Salische Franken en Chamavi streed. Was dat in Noord-Nederland in de 4de eeuw, waar sinds 260 geen Romein meer te vinden was?
  • Stilicho die in 395 na Chr. aan de Renus de Salii (Selle), de Sygambri (Cambrin) en de Chauci (Chocques en Socxs) verslaat. Was dit in Gelderland waar men traditioneel de Salliërs plaatst of in Noord-Nederland waar men traditioneel de Chauci plaatst of in West-Duitsland waar men doorgaans de Sygambri plaatst? Het gaat hier wel over eind 4de eeuw, toen er geen Romein meer in (Noord-)Nederland was! De Renus is hier duidelijk de Schelde wat ook duidelijk en onweerlegbaar aangegeven wordt met de Chatti.
  • Veldtocht van Nanninus en Quintinus door het Carbonarisch woud naar Novesiums en Agrippina. Het Carbonarisch Woud (Kolenwoud) lag in het noorden van Frankrijk. Mainz, Keulen en Neuss zijn foutieve determinaties en bovendien doublures van Moguntiacom (Mainvillers), Colonia (Avesnes-sur-Helpe) en Novaesium (Feignies). Het gaat in deze tekst over eind 4de eeuw (388 n.Chr.). Waren er toen nog Romeinen in Keulen, Mainz en Neuss?
  • Streken en plaatsen waar keizer Constantijn in de Batua in begin 4de eeuw streed. Hij liet het land Batavia van alle vijanden zuiveren en liet in Bononia (Boulogne) een vloot bouwen. De Nederlandse Betuwe lag toen onder water en de Romeinen hadden Nederland al sinds een halve eeuw verlaten.
  • Plaatsen van herkomst der gallische troepen uit Belgica en Germania Secunda in Italië en Illyrië. De Batavi worden in de 5de eeuw nog genoemd tussen 37, zelfs tussen 40 en 54 Franse plaatsen. Kwamen die vrijwillig dienst nemen vanuit de Betuwe?
  • Plaatsen van herkomst van de infanterie en cavalerie in Gallia uit Germania Prima. Deze troepen kwamen uit Gallia, wat dus niet Duitsland kan zijn geweest.
  • Plaatsen van herkomst der troepen onder de bevelhabber van de 'Litus Saxonicum' in Engeland. De 'Litus Saxonicum' was de Kanaalkust en lag niet in Noord-Duitsland.
  • Plaatsen van herkomst van de troepen in Engeland, in Thebe, Syrië, Mesootamië en in Armenië. Kwamen die troepen uit Nederland en wel uit de Betuwe?
  • Tricensima-Tresin en de Attuarische Franken horen thuis in Noord-Frankrijk en niet in Nederland. Het gaat hier wel over de tweede helft van de 4de eeuw toen er geen Romein meer in Nederland was.
  • Castella onder de bevelhebber van Mogontiacum en herkomst van enige troepen uit Belgica (Secunda). Het gaat hier over de 5de eeuw. Waren de Romeinen toen nog in Mainz in Duitsland? Deze castella lagen allen ten westen van Straatsburg. Is het dan logisch om deze vanuit Mainz op 200 km van Straatsburg te laten besturen en leiden? Mogontiacum is dus Mainvillers dat er middenin lag.

    Als we het bovenstaande samenvatten komt het erop neer dat Nederland of Noord-Duitsland niet meer voorkomen in deze opsomming van herkomst- en legerplaatsen. Het gaat hier immers over de 4de en 5de eeuw toen er geen Romein meer in Nederland of Noord-Duitsland te vinden was. De Romeinen waren rond 260 uit Nederland vertrokken; in Noord-Duitsland zijn ze zowiezo al nooit geweest. Dan gaat men toch geen veldtochten meer houden in een opgegeven gebied? De Limes Germanicus lag toen op de lijn vanaf Boulogne over Bavay naar het oosten, op de alles bepalende taalgrens.



    De Peutingerkaart is het grootste probleem voor de traditionele opvattingen. De kaart geeft een erg vertekend beeld van de werkelijkheid, zoals uit het voorbeeld hieronder blijkt. Klik op de kaart voor een vergroting. De plaatsen liggen op de Peutingerkaart op een vrijwel strakke lijn van links naar rechts (bovenste deel van deze afbeelding). In werkelijkheid (daaronder) liggen de plaatsen afwijkend tot wel 240 km meer zuidelijk of noordelijk. Wegen die op de kaart horizontaal lopen, lopen in werkelijkheid soms precies vertikaal. Zie de weg van Kamerijk (Cambrai/Camaraco) naar Soissons (aug.Suessorum). Neemt men voor Noviomagus Nijmegen en voor Avesnes Keulen en voor Mogontiaco Mainz, wat de tradfitionele opvattingen zijn, dan worden de afwijkingen eerder groter dan kleiner. Wat meteen opvalt is dat 'Nijmegen' tussen allemaal Franse plaatsen ligt, zoals Reims, Parijs, St.Quentin en Rouaan, wat voor Noyon precies overeen komt met de werkelijkheid. Klik hier voor de kaart die dat ook duidelijk aangeeft.


    Een absurditeit...
    We moeten ons volgens de Nederlandse traditie voorstellen dat een smalle strook van Nederland wel op de kaart zou staan en Brabant, België en noordelijk Frankrijk overgeslagen wordt, veroorzaakt dat
    een aantal absuditeiten. In de Nederlandse/Duitse traditionele opvattingen is nooit een aannemelijke verklaring gegeven voor die overslag. Was Brabant, België en noordelijk Frankrijk geen Romeins gebied? Men heeft het lang gedacht, maar tegenwoordige opgravingen leren anders, zoals aangetoond wordt met de rijke Romeinse villa in Hoogeloon en het Sandraudiga-altaar gevonden bij Rijsbergen. Op de Peutingerkaart tref je dergelijke overslagen wel aan, maar slechts in gebieden waar de Romeinen nooit geweest, zoals ver in Azië. Wel zie je op de Peutingerkaart dat een individuele plaats erg uit de richting ligt, zoals op de kaart hierboven is aangegeven.
    Overigens wordt in de Nederlandse traditie gescherm met een half 'bewijs'. Immers van de 'onderste' weg in de Betuwe is nog niets aangetoond, noch van de daaraan gelegen plaatsen.



  • Waar in de Betuwe liggen deze 63 plaatsen rondom Nijmegen?

    Hiermee is zonneklaar aangetoond dat de Betuwe niet de Batua was en dat Nijmegen niet het Noviomagus uit de bronnen was.
    De Romeinse wegen rondom Tournehem. Hieruit blijkt: 1. dat noch de Peutingerkaart noch het Itinerarium Antonini een volledige opsomming van alle wegen bevatten, doch dat zij stukken van de wegen in een andere combinatie noemen. 2. Er was geen direkte verbinding tussen Tournehem e Merville, zodat de weg van het I.A. via andere, niet genoemde plaatsen heeft gelopen. Dit verklaart ook de onjuiste afstand van 33 km, die precies tot Thiennes reikt. Voor de andere afstanden tot/van Merville: zie de wegen 38 en 39 in het boek over de Peutingerkaart.

    De rivieren zoals ze op de Peutingerkaart genoemd worden. Het geheel is erg schematisch getekend. Helemaal juist is dit allemaal niet. Als men bij de naam Garunna aan de Garonne denkt, kloppen rivierkruisingen niet en blijkt het een fantasie-rivier. Zo mondt de Garonne (Gerunna) niet uit in de Sinus Aquitancus, maar heeft een eigen monding niet in de Golf van Biskaje, maar in de Oceaan. De Oise wodt niet genoemd, maar is wel getekend als 'voorstuk' van de Seine, die ook niet genoemd wordt. De Loire stroomt ook in de Oceaan uit in Bretagne voorbij Vannes (Dartoritum). Dat is een afwijking van zo'n 70 km (hemelsbreed). De 'flumen Aturi' (Adour) stroomt ook niet uit in de Golf van Biskaje en ontspringt bij Condate (Chapeauroux) op de weg naar Aquis Segete die na 132 mijl eindigt in Lyon (Lugduno ). Bij Feurs (Foro Segusiavorum) zou de Garonne ontspringen. Ook dit is verre van juist. De Garonne ontspringt in de Pyreneeën of indien men de Lot of de Tarn erbij betrekt, blijven ook deze bronnen honderden kilometers verwijderd van Feurs. Maar ook in Italië zijn de rivieren niet juist weergegeven. Zo stroomt de Po (Fluvius Padus) in de Adriatische Zee uit bij Ravenna. Dat hij er daarmee zo'n 75 km naast zit zou de Geograaf van Ravenna toch wel geweten moeten hebben. Het toppunt van een afwijkende afstand vindt men vanaf Boulogne naar Gravinum en Juliobona (Lillebonne). Tussen deze plaatsen wordt steeds een afstand van X (10) mijl gegeven. Van Gravinum (of men er Gonfreville of Gainville voor neemt) naar Lillebonnen komt men aardig uit met X mijl ofwel 22 km. De afstand tussen Boulogne naar Gravinum is met 10 mijl ruim 185 km te kort. Dit is alleen verklaarbaar als een 'omweg' over zee die geen afstand oplevert meegenomen wordt. Dan zou dit fenomeen ook op andere plaatsen op de PK als optie moeten gelden. De centrale vraag is nu: Wordt de Renus wel juist weergegeven?
    Het komt er dus op neer dat uit de rivieren en hun loop geen argumenten te halen zijn voor de juistheid van bepaalde opvattingen.
    De juiste locaties van Merville en Traiectum volgens de gegevens van het Itinerarium Antonini, gecombineerd met die van de Peutingerkaart.
    Door de wegen van Itinerarium Antonini wordt vijfmaal bewezen dat Manaricium Merville was en niet Maurik in de Nederlandse Betuwe. Dus was Traiectum Tournehem en niet Utrecht. Cassel, Doornik en Atrecht/Arras waar Mannaricium precies tussen lag, zijn onbetwiste plaatsen.

    Door de wegen van de Peutinger-kaart en het Itinerarium Antonini wordt twintigmaal bewezen dat Agrippina Avesnes-sur-Helpe was en niet Keulen. Hierdoor staat onomstotelijk vast, dat de historici de archeologen sinds de 17e eeuw (vóór dit tijdstip was de P.K.niet bekend) de Peutinger-kaart ruw hebben kapotgescheurd, om Noviomagus en de Patavia op Nijmeqen en de Betuwe te leggen. Zij hebben zich 'en Blok' (sorry voor de woordspeling) bij de neus laten nemen door de Nijmeegse falsaris Willem van Berchen uit de 15e eeuw, die als eerste en enige de fabel had verteld dat Nijmegen de residentie Noviomagus van Karel de Grote was geweest. De verwarring tussen Avesnes en Keulen is overigens niet herkomstig van de Peutinger-kaart, daar zij al langer bestond, vermoedetijk reeds in de 11e eeuw (zie hfdst. 34 in De Ware Kijk Op). Zij gaf noruurtijk een even grote por aan het scheuren van de Peutinger-kaart als de verwarring tussen Noyon en Nijmegen, De derde por kwam van de Renus-Schelde, die als de nederlandse Rijn werd opgevat. De gehele akademische wereld van binnen- en buitenland merkte niet eens op dat ca.30 romeinse plaatsen uit het einde van de 4e eeuw een totale onmogelijkheid zijn voor het midden van Nederland, dat toen onder water lag. Dus werd de 'Grote Scheur' in millioenen exemplaren gedrukt, maar desondanks was en bleef het een onaanvaarbare SCHEUR.
    Door de wegen van de Peutinger-kaart en het Itinerarium Antonini wordt zesmaal bewezen dat Mogontiacum Mainvillers was en niet Mainz. Het wordt bewezen door de afstanden vanaf Trier en vanaf Straatsburg, waar het tussen lag. Zie de teksten in De Ware Kijk Op waar dieper wordt ingegaan op deze doublure.
    De locatie Mainz is volkomen ingegeven door de opvatting dat GERMANIA Duitsland was, wat een van de grondfouten van de traditionele opvattingen is. Germania lag, zoals veel historische atlassen ook geheel juist afbeelden, geheel ten westen van de Rijn. De hoofdstad van Germania Secunda was Avesnes en niet Keulen. Zie de kaart hiernaast. De hoofdtad van Germania Prima waarin ook Straatsburg lag was Mailvillers en niet Mainz. Zie de kaart hieronder van Gallia Lugdunensis in de 5e eeuw toen de Romeinen al uit Nederland en Duitsland vertrokken waren.


    In de klassieke teksten vanaf de Romeinse tijd komen honderden plaatsen voor die in Nederland en/of Duitsland of Luxemburg onvindbaar zijn. In Frankrijk zijn ze allemaal aan te wijzen. De betreffende geschiedenis moet dan ook dáár geplaats worden en niet in Nederland, Duitsland of Luxemburg. Als voorbeeld: Waar in de Betuwe of Brabant liggen de 550 plaatsen die in de teksten over de Batua en Taxandria genoemd worden?

    De grootste absurditeit die nooit bediscussieerd werd is de afstand van bina 300 km tussen Utrecht en Echternach. St.Willibrord had zijn bisschopszetel in Utrecht en 'buiten de muren' zijn abdij. Was dat in Echternach op 278 km? In Frans-Vlaanderen lagen die bisschopszetel en abdij op enkele kilomters van elkaar, een binnen een uur te lopen afstand wat uit het vitae van St.Ludger blijkt. Echternach is een mythe uit de 11de eeuw, Utrecht een mythe uit de 12de eeuw, de 'Willibrord-plaatsen' in Brabant is een mythe uit de 13de eeuw, Susteren is een mythe uit de 17de eeuw. Utrecht, Echternach, Diessen, Bakel, Waalre en Deurne bestonden niet in de tijd van St.Willibrord tussen 690 en 739.


    Alle plaatsen genoemd in de teksten over de Saksen zijn gelocaliseerd in Frans-Vlaanderen. Links het westelijk gebied van de Saksen in Frans-Vlaanderen, recht het oostelijk gebied. Er is nog geen historicus die al deze plaatsen in Duitsland heeft kunnen localiseren. Enkele plaatsen met gelijkluidende namen (vanwege de deplacements historiques) vormen daarvoor geen enkel bewijs, zeker niet als de plaats niet bestond in de tijd van de Saksen (8ste en 9de eeuw). Zo is archeologisch vastgesteld dat Hamburg niet ouder is dan de 10de eeuw. Hanburg was dus niet het Hammaburg uit de bronnen. Dat was Hames-Boucres. Klik op de kaart voor een vergroting.

    De rivieren in Frankrijk wier verkeerd opgevatte namen een alles bepalende doch fatale rol hebben gespeeld bij het ontstaan van de historische dislokaties, niet alleen in de Romeinse periode, maar uit hoofde van krtiekloze naschrijverij nog vele eeuwen later. Zo was de Danuvius niet de Donau, maar de Franse Aisne. St.Amandus predikte onder de Frisones, aan de Schelde en de Danuvius. Dat hiermee de Friezen in Friesland en de Donau in Zuid-Duitsland bedoeld zouden zijn, is een geografische miskleun van de eerste orde. De Frisones waren de bewoners van (Frans-)Vlaanderen. De Danuvius was de Aisne. (De Donau heet in het Frans de Danube (Danubius), een klein maar veelzeggend verschil met Danuvius). Hier wordt ook de Romeinse schrijver Tacitus bevestigd door latere middeleeuwse schrijvers, die de naam Danuvius voor de Aisne gebruikt. Lees meer over de rivieren.

    De echte limes Germanicus, een term uit de vierde eeuw toen de Romeinen allang uit Nederland verdwenen waren, lag nagenoeg op de oude taalgrens en bestond geheel uit Franse plaatsen. De Nederlandse 'Limes' is een gefantaseerd product van ondeskundige Nederlandse historici en archeologen. Van bijna alle Nederlandse plaatsen in die 'Limes' is geen spoor van een castellum gevonden. Matilo, Albanianis, Lauri, Fectio, Traiectum, Mannaricium, Carvone, Burginatio en Durnomagum worden door geen enkele bron als castellum genoemd.
    Bovendien zou de 'Nederlandse' Limes op ruim 300 km afstand van het door de Romeinen beheerst gebied in Noord-Frankrijk hebben gelegen. Waarom daar? Meerdere Germaanse stammen die zogenaamd een bedreiging vormden woonden in de Nederlandse opvatting allang binnen het Romeinse Rijk. Bij de echte Limes Germanicus woonden de Germanen nog buiten het door de Romeinen beheerst gebied.


    Alle oorlogen van de Romeinen en Franken tegen de Friezen deden zich voor in Noord-Frankrijk. Dez gegevens geput uit tientallen teksten vindt men nooit in een boek of studie over de Nederlandse Friezen, waardoor al bewezen is dat deze teksten niet voor Frielsnd geschreven zijn. Het verzwijgen van nederlagen zou men aan misplaatst chauvinisme kunnen toeschrjven. De warheid is erger: het is een weergaloos botte geschied-vervalsing. En de historici weten dat, immers deze veldslagen zijn onmogelijk in Nederland te plaatsen en al helemaal niet in Friesland. Daarom wordt dit steeds verzwegen. De historicus die het beter meent te weten roep ik hierbij op eens met zijn/haar argumenten te komen.

    In Frans-Vlaanderen liggen 20 plaatsnamen en toponiemen, van Frisia en de Friezen afgeleid, oude namen die allang vóór de 10e eeuw bestonden. Hoe zouden die daar in hemelsnaam door en van de Nederlandse Friezen terecht kunnen zijn gekomen? Zoekt men in Nederland naar soortgelijke Friezennamen, dan vindt men er welgeteld twee: Vries in Drenthe en Vrieschelo in Groningen, beide van na de elfde eeuw. In feite is er geen enkele, daar de Nederlandse naamkundigen deze twee niet eens van Fries durven afleiden.
    Een enkeling durft ook nog Vreeswijk te noemen dat van Fresionowic afgeleid zou zijn. D.P.Blok noemt in zijn Lexicon: "Vreeswijk (Utrecht) 918-948 cop. eind 11e e.: Fresionouuic totum sancti Martini in terris siluis pascuis aquis et piscationibus (Dipl.Belg. 195)", overgenomen van M.Gysseling.
    Nu is die genoemde afleiding inderdaad het geval, echter Vreeswijk is een getransplanteerde naam, afkomstig uit de lijst van 870 en is Fressenghe, leengoed onder Eperlecques, op 7 km oost van Tournehem (is het genoemde Trajectum in die lijst), of Frissinghe, gehucht onder Lottinghem, op 7 km noordoost van Desvres. Lees alles over de goederenlijst uit 870. In 870 bestond Vreeswijk niet eens. Het is een naam ontstaan uit de late middeleeuwen nadat de lange -ij- de -ie- in uitspraak en schrijfwijze verving.
    Het wordt de hoogste tijd dat Friesland zijn knuffelen met doorzichtige fabels achterwege laat en eindelijk de ruim 2500 historische en naamkundige feiten recht in de ogen kijkt, die bewijzen dat het met fabels pronkt. “Mooie verhaaltjes” zijn het niet eens, het zijn complete farces.

    Plaatsen langs de noordgrens van het Romeinse Rijk vanaf de derde eeuw toen de Romeinen Nederland verlieten en zich terugtrokken op de 'Limes Germanicus'. In Duitsland is naast Regenburg geen enkele andere stad te ontdekken die nog bij het Romeinse Rijk hoorde, Het is daarom fundamenteel fout om Duitsland als het Germania van Tacitus op te vatten. Germania lag in Noord-Frankrijk net boven de taalgrens.


    De echte Limes Germanicus wordt bewezen door Julius Caesar en de plaatsen aan de noordgrens van het Romeinse rijk. Opvallend is dat de 'Frontière de Fer' (zie afbeelding hiernaast) op dezelfde lijn lag. Het is de naam die werd gegeven aan het netwerk van vestingwerken dat Vauban tussen 1665 en 1707 aan de Franse grens bouwde en dat tot in de 19e eeuw functioneel bleef. Ook de loopgravenoorlog uit W.O.1 vanaf Duinkerke tot Verdun lag op deze grens.


    Trajectum = Tournehem. Alle plaatsen van goederen en bezittingen van St.Willibrord en het bisdom Trajectum (in totaal 270 plaats namen), zijn te vinden in Frans-Vlaanderen. Waar liggen die plaatsen in Nederland rondom Utrecht? Bovendien is archeologisch vastgesteld dat Utrecht in de tijd van St.Willibrord niet eens bestond. Lees daarover meer bij Oud-Utrecht.
    Let ook op de zandbank Wilbort Sant vlak boven Gravelines, de aankomstplaats van St.Willibrord op het vasteland van Europa. Deze plaats wordt op latere kaarten S.Willibrordi genoemd.

    De bekende havenstad Dorestadum is in dezelfde tijd bekend als Quentovicus. Ze worden in verschillende teksten samen genoemd en verdwijnen in dezelfde tijd uit de geschreven bronnen. Dorestad beleefde zijn grootste bloei tussen 650 en 974, tijdens het toppunt van de transgressies toen de zee tot hier kwam. Dorestad was dus niet gelegen in/bij Wijk bij Duurstede, waar de bewoning in die nederzetting ophield in 863. Na 863 komt Dorestad nog voor in de geschreven bronnen. Door duinvorming en verlanding bij de regressie van de zee hielden beide havens op te bestaan.

    Trajectum = Tournehem. De wegen van het Itinerarium Antonini en de Peutingerkaart leveren door hun afstanden het mathematisch bewijs dat de opvatting Utrecht een pertinente omwaarheid is. Bovendien is archeologisch vastgesteld dat Utrecht in de tijd van St.Willibrord niet bestond. De op deze kaart aangegeven wegnummers verwijzen naar de boeken van Albert Delahaye.

    De plaatsen en rivieren die genoemd worden in de akte uit 777 en gegevens over schenkingen aan de kerk van Trajectum, met enkele plaatsen uit de Vitae van Bonifatius, St.Lievin en St.Ludger. De streek in Nederland waar men deze gegevens doorgaans plaatst, bestond niet eens in de 8ste eeuw.

    De acht (8!) Romeinse wegen naar en van Noyon, gereconstureerd naar de archeologische opgravingen in het departement Oise. Waar liggen die wegen bij Nijmegen?

    Verplaatsingen van inheemse volkeren, waaronder de Batavi. Die zijn niet verplaatst vanuit de Betuwe naar Normandië, maar kwamen vanuit Béthune ook in Normandië terecht.

    Alles plaatsen die Tacitus in Germania noemt, zijn in Frans-Vlaanderen te vinden. In Duitsland zijn veel van die plaatsen onvindbaar en worden dan ook verzwegen. Kaart van het westelijk deel van Germania. Klik hier voor de kaart van het oostelijk deel. De index waarnaar verwezen wordt, vindt U in de boeken van Albert Delahaye.

    Alles plaatsen die Plinius in Germania noemt, zijn in Frans-Vlaanderen te vinden. In Duitsland zijn deze plaatsen onvindbaar en worden dan ook verzwegen. Kaart van het westelijk deel van Germania.
    Let ook op dat Plinius en Tacitus elkaar bevestigen. Het is onmiskenbaar dat met de Codanus Het Kanaal bedoeld wordt en niet de Oostzee! De 'noordelijke' Oceaan is de Atlantische Oceaan en niet de Noordzee. Let hierbij ook op de westoriëntatie.

    In àlle teksten van Tacitus betekent renus de Schelde. Veel stammen die 'aan de Renus woonden' worden in de traditionele opvattingen verspreid over heel Duitsland, zelfs op honderden kilometers van de Rijn.

    Ook Strabo bevestigt de locaties van de plaatsen in zijn teksten. Die plaatsen lagen allemaal in Frans-Vlaanderen en helemaal niet in Duitsland. Hij schrijft ook: "Tegenover de monden van de Renus ligt Brittania dat vanaf zijn monden gezien kan worden". En dat kan maar op één plaats in Europa: bij Cap Blanc-Nez. Dan moet toch voor iedereen duidelijk zijn waar Strabo de 'renus', de grensrivier legt! Vergeet ook niet dat in de jaren waarover Strabo schrijft, de transgressies (Duinkerke 1) nog in volle gang waren en er nog geen Romeins in Nederland was geweest.

    Op deze twee kaartjes worden de plaatsen genoemd die voorkomen in de berichten over de Noormannen. Op het kaartje links zijn de plaatsen genoemd in Vlaanderen en Frans-Vlaanderen, op het rechter kaartje staan de plaatsen en rivieren in de rest van Frankrijk, die in de berichten over de Noormannen voorkomen. De plaatsen in Vlaanderen waar tussen 804 en 925 de invallen en plunderingen van de Noormannen plaats vonden. Daar zat geen enkele plaats in Nederland bij. Zowel in Utrecht als Nijmegen en Wijk bij Duurstede is van plunderingen van de Noormannen nooit iets gevonden. Ook de in Nijmegen gebruikte teksten hebben er geen betrekking op. Ligt Nijmegen in Francia of in Gallia? Lees ook in het Bronnenboek van Nijmegen welke teksten men in het verleden op Nijmegen toepastte die men nu heeft laten vervallen. Lees meer over de Noormannen.

    Tussen alleen maar Franse plaatsen zouden Nijmegen, Utrecht en Wijk bij Duurstede voorkomen, terwijl Noyon en de bekende havenplaats Dorestad=Audruicq ontbreekt. Maar zowel in Nijmegen als in Utrecht en Wijk bij Duurstede is geen spoor gevonden plunderingen door de Noormannen. De plaatsen in Frankrijk waar tussen 804 en 925 de invallen en plunderingen van de Noormannen plaats vonden worden steevast genoemd als de Noormannen in Gallia of in Francia aan het plunderen zijn. Daar zat geen enkele plaats in Nederland bij. Zowel in Utrecht als Nijmegen en Wijk bij Duurstede is van plunderingen van de Noormannen nooit iets gevonden. Ook de in Nijmegen gebruikte teksten hebben er geen betrekking op. Ligt Nijmegen in Francia of in Gallia? Lees ook in het Bronnenboek van Nijmegen welke teksten men in het verleden op Nijmegen toepastte die men nu heeft laten vervallen. Lees meer over de Noormannen.

    Het begin van de duinvorming in de 9de eeuw. Pas tegen het einde van de 10de eeuw was de kust gesloten. Daarna zijn weer talloze overstromingen en doorbraken van het duin geweeest, zodat het in feite moeilijk uit te maken is welke delen van het transgressie-gebied vaste dan wel overgeslagen gronden zijn. Wat voor de kust van Vlaanderen geldt, heeft ook zeker voor Nederland gegolden. Ten noorden van St.Omaars lag het Flevum c.q. het Almere, het gebied dat later verlandde.


    De juiste ligging van het Flevum en het Helinium in Frans-Vlaanderen. Op deze kaart zie je ook de plaatsen van de Peutingerkaart, de plaatsen waar de Germaanse troepen gelegerd waren en waar de kanalen van Drusus en Corbulo lagen. Ook de rivier de Nave/Navalia die in Nederland onvindbaar is en waar in 70 n.Chr. de Bataven zich overgaven aan de Romeinen, ligt in Frans-Vlaanderen. Alles past in Frans-Vlaanderen in een logisch en samenhangend verband.

    Noordwest Frankrijk tussen de 1ste en 7de eeuw, waarop aangegeven de kustlijn tijdens de Duinkerke-transgressies, de huidige kustlijn en de gebieden die het eerste droog vielen.
    Deze kaart is gebaseerd op diverse studies over de Duinkerkse Transgressies, zoals: Repertoire Archeologique du Nord et du Pas-de-Calais, J.Boutry, Abbaye Saint-Paul de Wisques; Etude sur L'Ancien Réseau Rotier du Boulonnais, A.Leduque, Université de Lille; Kunstmatige Inundaties in Maritiem Vlaanderen, J.Leper, Tongeren.


    Het transgressie-gebied van Vlaanderen dat in diverse wetenschappelijke studies is aangetoond. Op grond van die studies zijn deze kaartjes gemaakt. In veel van die 'overstroomde' gebieden blijken Romeinse wegen gelegen te hebben. In de Romeinse tijd waren die gebieden dus droog wat overeenkomt met de Duinkerke 1, 2 en 3 perioden. Lees meer over de Duinkerke-transgressies.




    Lees het boek "De Ware Kijk Op" oordeel zelf!

    Terug naar de beginpagina. Naar het overzicht in het kort.